In de jaren zestig en zeventig werd er in Nederland nog maar weinig aandacht besteed aan merchandising. De eerste producent van De Fabeltjeskrant, Thijs Chanowski, heeft in de beginjaren van de serie geld toegelegd op de productie van de fabels. Toen de serie begon aan te slaan, zagen commerciële bedrijven hun kans schoon om geld te slaan uit de exploitatie van de karakters van de fabels. Onder andere mokken, poppetjes, boekjes en vele beschuitblikken (Bolletje beschuit) vlogen over de toonbank. Zelfs de Donald Duck kreeg er een concurrent bij, want er is een periode ook een Fabeltjeskrant-weekblad geweest. Het eerste blad verscheen op 27 September 1969 en het laatste, nummer 49, op 29 Augustus 1970. In 1969 werd De Fabeltjeskrant ook gebruikt als verkoopargument voor kleurentelevisies. 

Klik voor vergroting

Klik voor vergroting

Klik voor vergroting

Klik voor vergroting

Klik voor vergroting

Klik op een thumbnail voor een vergroting!

Voor Chanowski Productions leverde De Fabeltjeskrant echt goed geld op toen de rechten werden verkocht aan in totaal veertig landen. 

Voor de in 1996 overleden Leen Valkenier heeft de serie slechts een bescheiden fortuin opgeleverd. Door het uitzenden van de herhalingen ontving hij o.a. geld voor de rechten van de liedjes die in de tv-serie voorkwamen. Zo kreeg hij rond carnaval altijd een kleine vierhonderd gulden voor de carnavalshit "Hup daar is Willem". Deze single heeft het in 1971 zelfs tot de 2e plaats in de Nederlandse Hitparade gebracht.